fbpx

Feature – De donkere kant van Leiden

Het is vandaag Halloween. We kennen het vooral uit Amerikaanse films, maar ook in Ierland, het Verenigd Koninkrijk en Canada wordt deze dag flink gevierd. In Nederland lijkt Halloween jaarlijks populairder te worden. Veel lagere scholen plannen tegenwoordig trick-or-treat-tochten, clubs organiseren themafeestjes en attractiepark Walibi Holland biedt een serie van speciale avonden rondom de feestdag; de zogeheten Halloween Fright Nights.

De oorsprong ligt niet in Amerika zoals velen denken, maar in Ierland. Lang gelee, zo’n 3000 jaar. Het Keltische feest werd toen nog Samhain (spreek je uit als ‘Saun’) genoemd. Op 31 oktober, de laatste dag van hun kalenderjaar, droegen Kelten zelfgemaakte kostuums en maskers om boze geesten weg te jagen. Ierse immigranten namen de traditie mee naar Amerika en daar werd het gecommercialiseerd. Tegenwoordig staat het bekend om uitgeholde pompoenen en enge verhalen. Het huis wordt versierd, we zijn crea in de keuken en griezelige figuren en films staan centraal. Kortom: net kerst! Maar dan anders.

Omdat ook ik dol ben op grimmige verhalen, leek het me leuk jullie mee te nemen naar de ietwat donkere kant van Leiden. Want die is er. Sterker nog, ik kan er veel meer over kwijt. Hungry for more? Drop een like onderaan dit artikel en wie weet komt er een vervolg.

Gravensteen: gevangenen en publieke straffen
Met popi buren als het Rijksmuseum van Oudheden, het café ’t Suppiershuysinghe (beter bekend als ‘het koffiehuisje’) en de Pieterskerk, valt Gravensteen niet te missen. Het gebouw bestaat uit verschillende torens, gangen en (schots en scheve) bijgebouwen. Op het Pieterskerkplein herken je het aan de rode raamdeurtjes. Het pand wordt gebruikt door de Universiteit van Leiden. Maar het heeft ook andere, laten we zeggen ‘minder gezellige’ functies gehad. Gebouwd in de dertiende eeuw is het een van de oudste gebouwen in Leiden. Het diende als vluchtplaats voor de graven van Holland, maar ook als gevangenis en executieplaats. Het oudste deel is de stenen toren met kelder. Daarin werden de gevangenen vastgehouden. De toenmalige gracht rondom diende als extra beveiliging. Rond 1556 werd aan de westzijde een extra gevangenisvleugel gebouwd en aan de oost- en zuidzijde kwam een tuchthuis, met als functie de ‘heropvoeding’ van misdadigers en armen door tewerkstelling. In totaal heeft Gravensteen zo’n zes eeuwen als gevangenis gediend. Publieke straffen en executies vonden plaats op het plein ervoor: het huidige Gerecht. Met de stille waarschuwing ‘this could be you’ werden de lijken vaak tentoongesteld op het Galgenveld. De laatste executie vond plaats in 1856. Adrianus Blom was 31, ongehuwd en kwam uit Hazerswoude. Op 3 februari 1856 deed hij een poging tot inbreken in het huis in van zijn voormalige werkgever Cornelis van Velsen. Daar trof hij diens 18-jarige dochter Maria aan. Zij vluchtte de koeienstal in, waar Blom haar met een klomp bewusteloos sloeg en verdronk in een waterbak. Blom stierf door ophanging.

In de loop van de 19e eeuw verloor het Gravensteen zijn oorspronkelijke functie. Na de tweede wereldoorlog werd het gerestaureerd en diende het tijdelijk als boekenmagazijn. Hierna kwam de Universiteit van Leiden om de hoek kijken. De oude cellen en martelkamers zijn nu vergaderruimtes. De tralies voor de ramen zijn nog intact en bezoek je het binnenhofje, dan staat daar nog steeds de schandpaal waar gevangenen destijds aan werden vastgebonden.

Goeie Mie: de grootste gifmengster aller tijden
Ze stond bekend als Goeie Mie. Inmiddels prijkt haar naam in het Guinness Book of Records; onder de grootste gifmengster aller tijden. Daarmee is ze ook de grootste seriemoordenares uit de Nederlandse geschiedenis. En ze was een Leidenaar. Maria Catharina Swanenburg werd geboren in 1839, aan de Oostdwarsgracht. Ze groeide op in een arm gezin. Op haar achtentwintigste trouwde ze met de vader van haar kinderen, waarvan er twee kwamen te overlijden. Uiteindelijk dacht men dat ze haar eigen kinderen vermoord zou hebben, maar in zijn onderzoek kwam auteur van het boek Goeie Mie: Biografie van een seriemoordenares ander bewijs tegen, waaruit blijkt dat ze waarschijnlijk aan cholera zijn gestorven. Na de dood van haar kids ontwikkelde Maria een drankprobleem. Ondertussen verdiende ze haar inkomen door de was te doen bij buurtbewoners. Ook werkte ze als kinderoppas en ziekenverzorgster. Het leverde haar de bijnaam Goeie Mie op. Maar niemand wist van haar twee gezichten. Voor veel van haar patiënten sloot ze een begrafenisverzekering af. Vervolgens vergiftigde ze hen met arsenicum en stak ze de uitbetaling in eigen zak. Waar de moorden van Maria in het begin een financieel motief hadden, lijkt ze later te handelen uit een soort dwangmatigheid. Tussen 1864 en 1883 vermoordde ze tientallen familieleden en buurtgenoten met het gif, vaak vermengd met soep. Pas in december 1883 kwamen, door een oplettende arts, haar misdaden aan het licht. Ze werd veroordeeld tot levenslange tuchthuisstraf die ze uitzat in de vrouwengevangenis in Gorinchem en werd uiteindelijk 75 jaar.

Onderneemster Josine Heijnen ontwikkelde Goeie Mie Gin. Gefascineerd door het verhaal en met een achtergrond in geschiedenis, kwam ze op het idee om een biologische gin op de markt te brengen. In 2021 heeft Josine hier een ervaring aan toegevoegd en die hebben wij eerder beoordeeld in onze rubriek De Leidse Sleutels.

Leidens Ontzet: de zelfopoffering van de burgemeester
Het is ieder jaar weer een feestje, maar we vergeten soms dat er een fikse partij dood en verderf aan voorafging. Leidens Ontzet. Drie oktober. We fietsen even terug naar de tweede helft van de 16e eeuw. De basis kennen we nu wel. We pauzeren daarom op het hoofdstuk uitzichtloosheid, ziekte en hongersnood. Je weet wel, dé onderwerpen voor je kringverjaardag. De inwoners van Leiden in 1573-1574 hadden het zwaar. Tegen een achtergrond van de tachtigjarige oorlog, werd onze stad omsingeld door de Spaanse troepen van Koning Filips II. Zij waren vastbesloten om de Leidenaren uit te hongeren en zo de stad te veroveren. Hier kwamen 6.000 mensen bij om. We hebben het over de helft van de toenmalige bevolking. Naast ziekten als de pest en dysenterie, was de hongersnood doodsoorzaak nummer één. Op het hoogtepunt van nood was het burgemeester Van der Werf die zijn eigen lichaam ten offer bracht. Als voedsel voor de hongerige burgers. En exact dít moment is te bewonderen in Museum De Lakenhal.

Het doek van vier bij zes meter verbeeldt de burgemeester die zichzelf aanbiedt aan de hongerige menigte. Volgens de overlevering wilde hij met deze heldendaad zijn stadsgenoten ervan overtuigen niet toe te geven aan de Spanjaarden, maar juist te volharden in hun verzet. Dit alles nam plaats tijdens een opstootje voor het stadhuis. Hongerige inwoners probeerden een besluit tot overgave te forceren. Stadssecretaris Jan van Hout haalde ter bescherming de schutterij erbij. Drie jaar na het Ontzet is deze gebeurtenis voor het eerst beschreven door Jan Fruytiers. Hij vertelde dat burgemeester Van der Werf de opgehitste menigte moedig tegemoet was getreden en men, na zijn opoffering, beschaamd de plek verliet.

Geschreven door: Laila

Geen reactie's

Sorry, het is niet mogelijk om te reageren.